In 2013 schrijft Camiel van Winkel in Metropolis M dat beeldend kunstenaars zozeer bezig zijn geweest met maatschappelijke erkenning dat politici en beleidsmakers vanzelfsprekend non-esthetische eisen gingen stellen aan hun activiteiten in de vorm van subsidievoorwaarden en andere gemeenschapsgerelateerde condities. Begin 2024 schrijft Bas van Putten in NRC een opiniestuk onder de titel Laat kunst weer een onnavolgbare utopische koers varen. Hij schrijft onder meer: "Met een rechts kabinet in de coulissen ziet het er somber uit voor de cultuursector. Maar laat die dan ook alsjeblieft eens afstappen van dat geleuter over maatschappelijk belang."
"Als museum zijn we niet in staat om de planeet te redden, maar we zijn wel in staat om die veilige plekken voor uitwisseling te creëren en culturele verhalen te helpen verschuiven. Zogenaamde lieux communs, een begrip van Édouard Glissant."
"Al lange tijd cirkelen mijn gedachten over de toekomst rondom één vraag: Waar gaan we heen? In een, zoals de socioloog Hartmut Rosa omschrijft, ‘steeds sneller accelererende samenleving, gekarakteriseerd door agressie’ is het moeilijk oriënteren. Ik wil afslaan, maar ga rechtdoor. Ik wil tijd nemen, duurzaam zijn, gezond zijn en verantwoord bijdragen aan de wereld om me heen, maar ik vervuil. Ik ga snel en het voelt alsof ik steeds sneller moet, moet leveren, mezelf uitputten en doorhalen, hier en daar tegelijk zijn."