No Performance, No Show
reportage over The Perfomance Show, Art Rotterdam
Tubelight, 2020 03
Esther van Rosmalen bezocht de manifestatie in Atelier Van Lieshout (AVL) en beschreef haar ervaringen.

No Performance, No Show
Deze tekst is bij voorbaat gedoemd om te mislukken. Niet dat de woorden verkeerd gekozen zijn, maar omdat het tekort doet als weergave van een serie fysieke handelingen die vallen onder de noemer ‘performance’ zoals dat in de kunst bedoeld is. Een situatie die zich moeilijk laat weergeven in een beschreven vorm omdat deze in geen enkel opzicht verwantschap vertoond met een ervaring die aanspraak maakt op meerdere zintuigen. Het draait tenslotte om het monopoliseren van de aandacht van de ‘ander’, vervolgens te benoemen als publiek, beschouwer, bezoeker of aanwezige. Onze zekerheden in de rol van de ’ander’ zijn beperkt, wat echter wel met zekerheid gesteld kan worden is dat het onderstaande is waargenomen op zaterdag 8 februari. De locatie is Atelier Van Lieshout, waar de bezoekers met de pendelbus recht voor de ingang worden afgezet. Na het passeren van de beeldentuin volgt een dwaaltocht door verschillende donkere ruimtes. Hoewel deze ruimtes nu exclusief aan een performance zijn toebedeeld, verraden de geuren (polyester) of achtergelaten attributen (verfblikken) hun oorspronkelijke doel.
- Gordijn openen, betreden ruimte -

Voor het betreden van de performance Museum Motus Mori van choreograaf Katja Heitmann wordt het publiek gevraagd om te zitten op de speciaal daarvoor bestemde lichtbakken en naar een korte uitleg te luisteren. “Nederlands? English?” Nederlands graag. “Om te voorkomen dat de dansers hinder hebben van kleine steentjes vragen we het publiek om de schoenen uit te trekken, en om geen dansers te fotograferen die nagenoeg naakt zijn. Museum Motus Mori gaat over beweging, de vraag is of je dit kan archiveren want als beweging vastgelegd wordt is het doods en kan het niet langer als beweging gezien worden. De dansers die hier performen hebben eerder bewegingen verzameld van bezoekers in Marres, Huis voor Hedendaagse kunst te Maastricht.” Hoe deden ze dat? “Door bewegingsinterviews kwamen herinneringen aan bewegingen boven, die ook fysiek werden overgedragen aan de dansers tot in de details.” Herinneringen van wie? “Van de bezoekers, voornamelijk ouderen, wiens bewegingen zijn geabstraheerd en achter elkaar geplaatst in een choreografie. Een danser laat bewegingen van meerdere personen zien, maar wel achter elkaar.” Kan dit ook door elkaar? “Nu nog niet, maar ook dat is een proces dat nog kan volgen.”

foto's: Hanneke Wetzer
foto's: Hanneke Wetzer

Licht! Mijn ogen moeten eerst wennen, dan beslissen of de route naar een zitplaats de snelste of de beleefde omweg moet zijn. Het wordt het laatste. Het voelt onnatuurlijk om rakelings langs de dansers te lopen, al gebeurt dat hoe dan ook door de beperkte ruimte. Vier dansers zijn hier aanwezig, afgezien van de bezoekers die voor de beleving irrelevant zijn. Wij als aanwezigen lijken allemaal niet relevant want de blik van de dansers, allen vrouw, is geheel in zichzelf gekeerd. Hun vergrijsde haren, die in een knot zitten, duiden op ouderdom, maar hun gezichten verraden een veel jongere leeftijd. Zo ook hun lichaam dat slechts gekleed is in een grijze onderbroek. Het is de houding die hen oud doet lijken, het trotseren van een onbekende zwaartekracht die gezonde lichamen krom maakt en lichaamsdelen vervormd. Een gladde buik wordt hierdoor dik en geplooid, rechte schouders scheef, de voeten verwrongen. Uiterst traag onderwerpen de dansers hun lichamen aan een reek van posities die op zichzelf niet complex zijn, maar het uithoudingsvermogen danig op de proef stellen. Ingehouden kreten en zweetdruppels, als beschouwer is de pijn van hun lichaam bijna voelbaar. Ongemak dat zich verplaatst van hun lichaam naar het mijne als ik mezelf betrap op het spannen van spieren zonder dat er noodzaak toe is. Toch hypnotiseert de traagheid door het besef van het onvermijdelijke dat de mens moet bewegen, ook als het eigenlijk niet meer kan. De muziek draagt daaraan bij, een extra aanwezigheid die je in een trance sust met repeterende drone tonen. Af en toe zijn er verspringingen die je weer wakker schudden. Zoals de tikkende klok of wekker, oude mensen kennen deze nog goed, waar je na lang luisteren nieuwe melodielijnen in herkent. Waar leidt het toe? Moet het wel ergens toe leiden? Is de conclusie dat het leven bewegen is tot je stil ligt? Zijn we voyeurs van het onvermogen van anderen? Kun je eigenlijk wel bewegingen van anderen overnemen, of zijn die altijd persoonlijk? Is archiveren een menselijke eigenschap? Wanneer is het moment aangebroken dat ik opsta?

Er komt iemand van de organisatie binnen die alle aanwezigen persoonlijk influistert dat de dansers een half uur pauze nodig hebben, de performance wordt tot die tijd onderbroken.

De volgende performance is al gaande, ik heb gemist hoe ze zijn begonnen. Onderstaande tekst staat bij de plek van uitvoering en introduceert me de setting: Kendell Geers, Ritual Resist, 2013-20.
- Volgens tijdschema -
Twee performers staan in een poëtische strijd en houden tussen hen een dubbelzijdige spiegel waarbij ze alleen hun lichaamsgewicht en druk gebruiken om te voorkomen dat deze valt. Als één van beide zich verstapt of zich niet tegen de spiegel drukt zullen beiden vallen en breekt de illusie. Gedurende het vorderen van de tijd, verandert het beeld in een strijd tussen geest en energie omdat fysieke uitputting zijn tol eist. Geen van beiden kan de ander zien en staart naar het gereflecteerde beeld van het eigen naakte lichaam. Voor de toeschouwer wordt het beeld afgesneden vanaf de taille.

Een man en een vrouw staan tegenover elkaar zonder elkander te zien. Natuurlijk man en vrouw, is dat niet waar poëtische twisten altijd tussen én over gestreden worden? En anders wel het idee van mannelijk en vrouwelijk, maar dat beeld wordt hen onthouden, ze zien alleen zichzelf in de spiegel.
Opnieuw. Een vrouw strijdt tegen haar eigen spiegelbeeld. Zij is de agressor, ze duwt en neemt de leiding over de richting die hun beider lichamen uitgaan. Zij, en de man achter de spiegel, waarvan ze alleen zijn lichaam met daarboven haar eigen hoofd ziet. Ze draaien en veranderen van richting. Een man strijdt tegen zijn eigen spiegelbeeld. Hij vangt de druk die op hem wordt uitgeoefend op via de spiegel waarop steeds meer zweetdruppels terecht komen van de inspanning. Zijn hele lichaam is heftig bezweet. De verdeling in krachten is logisch in de zin dat deze vrouw nooit fysiek de druk op zou kunnen vangen. Het is vergelijkbaar met stagefighting, waarbij de gangbare handelingen worden omgekeerd om het tegenoverstelde te beweren. Is het poëzie of gewoonweg de eeuwige strijd tussen man en vrouw in meerdere reflecties?
Soms komen ze dichtbij het publiek, heel dichtbij. Zo dichtbij dat je jezelf kunt zien in de spiegel die ze mee torsen, als twee atlasfiguren of twee boekensteunen. Rijen met passieve aanwezigen worden gereflecteerd. Zo dichtbij dat het moment dat ze de spiegel niet meer kunnen houden steeds aannemelijker wordt. Het is hoorbaar zwaar, voor beiden. Publiek komt en publiek gaat. Zij strijden voort.

foto's: Kendell Geers
foto's: Kendell Geers

Of de performance als kunstvorm algemeen geaccepteerd en omarmd wordt door het grote kunstbeurspubliek moet zich nog bewijzen als The Performance Show de komende jaren wordt voortgezet. Voor het geheel van ART Rotterdam is het zeker een meerwaarde. Aangezien er ook galeries deelnemen is het misschien zelfs een vooruitblik naar de toekomst van de kunstmarkt, waarbij ook tijdelijke werken en ideeën verhandelbaar zijn. De opzet van de show, een doorlopend programma verspreid over de locatie, is scherp geprogrammeerd en getuigd van hoge kwaliteit. Al moet ik daar wel bij opmerken dat ik mijn aandacht vooral gericht heb op bovenstaande performances die door hun longdurance karakter meer tijd van de beschouwer vragen. Daarnaast speelt ook het verzoek om geen opnames te maken een rol, waardoor beeldmateriaal niet vanzelfsprekend door bezoekers wordt gedeeld. Zo bestaan de performances na afloop alleen nog maar in de herinnering van de beschouwers. Een netwerk van observaties als levend archief van de performance, iedere weergave is anders en allemaal zijn ze even waar.



WERK
  • tekst
    Naar kunst kijken en over kunst lezen, altijd is er taal. Om te kunnen spreken over de kunst, om erover te kunnen denken. Étoile du Nord schrijft voor en over kunstenaars, met organisaties en instellingen. Om het oeuvre te kennen, nu en voor toekomst. Om te weten wat moet gebeuren bij organisaties.
  • mentor
    Ieder talent verdient een mentor, om verder te komen, om in wisselwerking een betekenisvolle relatie aan te gaan. Étoile du Nord werkt met kunstenaars die zich karakteristiek willen positioneren in een relevant netwerk. Kunstenaars die kritisch willen argumenteren over hun werk. Kunstenaars reflecteren in de verschillende werkvormen die Étoile du Nord aanbiedt.
  • productie
    Beeldende kunst wordt gezien in tentoonstellingen, op internet en in andere publieke ruimten. Door die confrontatie is de kunst rijker aan betekenis. Étoile du Nord produceert publieke presentaties en heeft meer dan drie decennia ervaring. Solo's en museale groepsexposities, intieme tentoonstellingen in huiskamers en grootste beurzen in gashouders. Van plan tot realisatie, dat is het werk van Étoile du Nord.
  • bestuur
    Als het er is, wordt het vanzelfsprekend dat het er kwam. Maar elke expositie of manifestatie of publicatie is gemaakt, in samenwerkingen van instellingen en door betrokkenheid van mensen. Étoile du Nord is zich bewust van de noodzaak tot organisatie en draagt daaraan bij, zo nodig belangeloos. Altijd met gevoel voor resultaat.
  • vrije val
    Laat er kunst zijn en laat er taal zijn. Het werk van Étoile du Nord wordt gemotiveerd door de eigen artistieke praktijk. Het creëren van autonome beelden én het schrijven van vrije tekst is de beste uitgangspositie voor advies en organisatie. Étoile du Nord is verweven met het picturale en het dramatische.